Kaart waarop de ligging van vele plaatsen der bovenaan genoemde personen te zien is (kaart uit 1635, van Peynacker). Groningen ligt ten noorden van de kaartrand. Personen:
Jacob en Hilligje: Eelde, Zuidlaren en Paterswolde.
Hendrik en Roelfien: Kolham ligt 10 km ten NO van het "Suytlarer meer".
Jan en Hendrikje: Glimmen en Noordlaren.
Geert en Jantien: Gasselte (zie grote versie kaart, rechts onder).
Berend en Willemtien: Noordlaren en later Gasteren.
 

Jacob Jans en Hillegje
Over Hillegje is niets bekend, behalve dat zij bij haar huwelijk van Eelde is.
Kinderen in Paterswolde: 1753 Albertje, 1756 Jan (+1830 Zuidhorn); in Eelde 1760 Willem, 1766 Jan Roelefs.
Bij de geboorte van Willem en Jan Roelefs heet de vader Jacob Boddeveld.

"Stamvader Boddeveld".
Jacob Jans uit Zuidlaren trouwt 1752 in Eelde met Hillegje Jans en het echtpaar gaat in Paterswolde (kerkelijke gemeente Eelde) wonen. Jacobs vijf jaar oudere broer Koop Jans, die in Zuidlaren trouwde, noemt zich bij de geboorte van zijn kinderen in 1752 en 1755 "Bottevelt" (zie bij Jacobs ouders voor details). Jacob volgt dus later zijn broer in het gebruik van die "achternaam". Dat zijn in "AlleDrenten" de eerste meldingen van de naam "Boddeveld". Echter broer Koop gebruikt die naam later niet meer en zijn kinderen gebruiken hem ook niet; zij gaan allen "terug" naar de eerder gebruikte achternaam Cruse. Jacob houdt de naam Boddeveld (en zijn zoons ook) en zo wordt hij de stamvader van mensen met de achternaam Boddeveld.

Uit oude akten kan worden afgeleid waar Jacob (en Hilligje) woonden. Deze gegevens zijn door A.Arends (2004) samengesteld (met latere aanvullingen). De cursieve tekstdelen zijn aan zijn werk ontleend:
- 1754: Jacob Jans wordt in het Haardstedenregister van Eelde 1754 vermeld bij Paterswolde, tussen Nijborg en De Braak. De benaming "in de Venne" bij de doop van zoon Jan wordt ook in andere gevallen gebruikt voor het gebied bij De Braak. A.Arends (2016): Jacob woont waarschijnlijk in een bijgebouw op het landgoed De Braak zelf (nummer 122 ?; zie kaart), dat in de tweede helft van de 18de euuw is afgebroken.
- 1764: Jacob Jans is niet in het haardstedenregister te vinden maar 2 jaar later laten Jacob Boddeveld en Hilligje Jans hun zoon Jan Roelefs in de kerk van Eelde dopen.
- 1774: (A.Arends 2016): Jacob Jans is niet in het haardstedenregister te vinden, tenzij hij dezelfde is als de persoon die in huis nummer 51, 200 meter ten NW van de kerk van Eelde, woont.
- 1784: Jacob Boddevelt, Keuter, betaalt f 1 haardstedengeld. Hij woont in huis nummer 132 (zie kaart). Dit huis wordt in dat jaar verkocht door de erfgenamen van Hendrik Derks. Jacob moet dan waarschijnlijk verhuizen.
- 1794, 1797 en 1798: Jacob Boddeveld woont in huis 138 (zie kaart). Dat huisnummer wordt gebruikt voor een rij van in totaal 6 arbeiderswoningen aan het begin van de "Duinstraat" (naam van nu). In 1797 en 1798 woonden hier: Otte Derks (Paskom), veenarbeider, arm, Hindrik Berends, bakker, Geert Joolinge, kleermaker, arm, Jacob Boddeveld, arbeider, arm, Lucas Hindriks Laan, arbeider en Lucas Jans, arbeider, alumnus van de diaconie van Roden.

In 1797 en 1798 is Jacob bij de "Gewapende Burgerwacht Eelde". 1797: "Nr. 142, Jacob Boddevelt, arm, 73 jaar, arbeider"; 1798: "Nr. 142, Jacob Jans, arm, 74 jaar."
Jacob Jans komt niet voor in het begraafboek van Eelde (1806-1809; 1811-1812). Hij komt ook niet voor in de lijst van inwoners van 1807 (Otte Derks wed en Lucas Jans wonen dan nog wel in de huisjes met Nr. 138).
Jacob is dus na 1798 en voor 1806 overleden. Hillegje overleed dus ook voor 1806.
 

Hindrik en Roelfien
Kinderen in Groningen: 1766 Trijntje, 1769 Reena, 1771 Alberdina.

Jan en Hinderkijn/Hendrikje
Bij hun huwelijk is hij van Glimmen, zij van Annerveen.
Kinderen in Noordlaren/Glimmen: 1767 Harm, 1769 Geert, 1772 Berent(d), 1777 Willem, 1780 Hannegijn.
Jan overlijdt in Glimmen in huis Nr. 53 C, zoon Harm meldt het overlijden. Jan zijn beroep is dan arbeider, dat van Hendrikje arbeidster.
Hendrikje overlijdt in Noordlaren, huis A ??; Berend doet de aangifte dus Hendrikje zal het laatste jaar bij hem en Willemtien gewoond hebben.

Geert en Jantien
Als ze trouwen is Geert weduwnaar te Gieten, Jantien Jans weduwe te Gasselte.
Kinderen in Gasselte: 1776 Jan (+1790), 1780 Willemtien.
In 1774 is Geert Beerents keuter en wordt voor f 0 aangeslagen. In 1784 betaalt hij f 1.

Jan Roelf en Alberdina
Jan Roelf was eerst getrouwd met Hindrikje Klaassens, die 1801 in Haren overleed. Uit dit huwelijk een dochter: 1801 Hinderkien.
Jan Roelf hertrouwt in 1803 met Alberdina Hendriks.
Kinderen in Haren:
1805 Jacob, 1807 Roelfien, 1813 Hendrik.
Jan Roelfs "Bodeveld" overlijdt in 1832 in huis A nr.2 te Haren. Zoon Jacob doet de aangifte (zie verderop zijn handtekening: Bodeveld). Als Alberdina (Dina) in 1848 in Essen overlijdt, ondertekent Jakob met Boddeveld.

Berend Jans Harms en Willemtien

Handteking B.Harms 1819

Beren(d/t) wordt boer in Noorlaren.
Kinderen in Noordlaren:
1801 Jan, 1804 Geert, 1807 Jantien, 1810 Henderkien, 1814 Harmpien, 1822 Hindrik.

In 1832 bezit hij (zie de lijst, kadaster; Hisgis) meerdere percelen grond die ver uiteen liggen. Twee percelen plus huis, schuur en tuin vormen de boerderij, aan de Vogelzangsteeg. Andere liggen op de esch ten westen van Noordlaren (de Poll; de percelen hoorden bij wat in de volkksmond "Veldakkers" hette), enkele percelen liggen ten zuidwesten van Onnen (Onnen) en er is een perceel in het lage land (Waterhuizen). Deze percelen zijn met pijltje aangegeven op de kaart uit Hisgis (Prov. Groningen).
Het perceel aan de Vogelzangsteeg zal nog enkele generaties in de familie blijven (Harmpien en man Jakob zetten dat bedrijf voort).

Op latere leeftijd verhuizen Berend en Willemtien naar Gasteren (zie kaartje boven), waar zoon Geert boer is (met vrouw Egbertien Gerrits).
Berend is "zonder beroep" als hij daar, bijna 88 jaar oud, overlijdt.
Zijn vrouw Willemtien overlijdt twee jaar later.
 

Jakob Boddeveld en Harmpien Harms
Jacob is in 1804 geboren als zoon van Jan Roelfs Jacobs en Dina Hendriks.
Tussen 1832 en 1840 verandert de schrijfwijze van de achternaam. Jacob tekent aanvankeleijk met Bodeveld (met 1 d), later met Boddeveld.

1837: Handtekeningen van Jacob, Harmpien en Jacobs moeder D.Hendriks onder de trouwakte.

Handtekeningen van Jacob 1832 (boven), 1848 (onder)

Bij hun huwelijk in 1837 zijn Jacobs broer Hindrik en een vriend Hindrik Jans zijn getuigen, Harmpiens broers Jan en Geert haar getuigen.

Vanwege hun huwelijk wordt in mei 1837 door de nationale militie een verklaring afgegeven dat Jacob voor de nationale militie is ingeschreven, dat hij bij de loting van 1823 nummer 17 kreeg maar dat hij nog niet is opgeroepen. April 1837 wordt verklaard, dat als "korporaal Jacob Boddeveld" in zijn aanstaand huwelijk kinderen krijgt hij daardoor geen aanspraak zal hebben om uit den dienst der Mobiele Schutterij te worden ontslagen, alsmede dat de vrouw het korps niet mag volgen wanneer het buiten hare gewone woonplaats geëmployeerd wordt, maar zullende genoemde Korporaal gehouden zijn aan alle verplichtingen die in deze betrekking op hem rusten te voldoen.  [ Tot lang was het niet ongebruikelijk dat vrouwen met het leger mee trokken om hun man te verzorgen...!]

Jakob trouwt 20 mei 1837 met Harmpien en samen zetten ze het bedrijf van haar vader voort.
Kinderen in Noordlaren: 1838 Alberdina, 1840 Jan Roelf, 1843 Berend, 1846 Willemtien, 1849 de tweeling Hendrik en Geert (beide +), 1851 Geert (+1874), 1856 Hendrik.
Jakobs handtekeningen komen uit de overlijdensaktes van zijn ouders 1832 en 1848.

Voor de aanleg van het "Noordlaarder Bosch" ca. 1850 werd het hele gebied van de Noordlaarder Es (ten NW van het dorp) nieuw ingedeeld (Schenk 2017). Groot grondbezitters hadden diverse waardelen (of delen daarvan) opgekocht. Hoe lang de van hun ouders overgenomen percelen Veldakkers (de Poll) in bezit van de Boddevelds bleven is onbekend.

A.Arends, 2004. "Huizen in Eelde en hun bewoners 1744-1850"
Zie ook Arend Arends over Boddeveld.
A.Arends, 2016: Korrespondentie.
Schenk, H. 2017, "Kroniek van het Noordlaarder Bos"; Van Gorcum, Assen.

(2020.11.24)   begonnen juni 2014